28 nov 2010

Deel 33-34

De vakantie loopt ten einde. Maar er was nog een uitstap naar de Höchenschwand gepland. Bij de beklimming naar de bergtop liep Jimmy voorop. Als een echt kind, probeerde Jimmy zo veel mogelijk te balanceren op de stoeprand - dit is iets wat ik ook veel deed in mijn jonge jaren -. Als een echte acrobaat liep hij naar boven. Maar Jimmy kwam ten val. Met een reflex greep hij zich vast aan een stuk rots en riep om hulp. Na een paar minuten kwam Wannes aangelopen.
(pg. 219-220)"Hulpvaardig zag hij er niet uit. Hij keek allen maar toe, geamuseerd, triomfantelijk, zonder een woord te zeggen." " 'Ineens zou ik wel goed genoeg zijn voor jou, zeker?' zei Wannes, rustig."

(pg. 221) "Nu hij de uitgestoken hand, de met haat en weerzin uitgestoken hand van Wannes weigerde, dure eden zwoer, zijn vingers in een haak zette, en zich naar boven trok. Op eigen kracht. Ambitieus zijn toekomst in."

Het is duidelijk dat Jimmy koppig blijft en Wannes nooit als zijn vader zal zien. En daar kan ik goed inkomen. Ik zou ook niet willen dat ze me zoiets opdringen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten